Fietsen met een baby
Fietsen met een baby is veilig als je aangepaste zitjes gebruikt en voorzichtig rijdt.
Hoe fiets je veilig met je baby?
Een kind mag pas in een fietsstoeltje als hij een stevige zitbalans heeft. Dat is het geval wanneer je kindje zelfstandig vanuit kruiphouding kan gaan zitten.
Voordien kan je een baby vervoeren in een autostoeltje, hangmat of babyschaal bevestigd in je fietskar, bakfiets of op je bagagedrager.
Zet je kind (en jezelf) een fietshelm op. Een goede fietshelm is aangepast aan de hoofdomtrek ter hoogte van het voorhoofd.
Baby’s jonger dan 3 maanden hebben geen controle over hun nekspieren. Dankzij een autostoeltje, babyhangmat of babyschaal zal je baby weinig schokken ondervinden tijdens het fietsen. Toch wordt aangeraden om maximum een halfuur met je baby te fietsen. Ga met jonge baby’s dus extra voorzichtig om: zorg voor een goede vering en een aangepaste rijstijl (fiets voldoende traag en vermijd zo veel mogelijk hobbels op je route).
Vanaf 3 maanden is een baby in staat om de nekspieren meer te gebruiken. Hierdoor werken schokken of trillingen minder in op de hersenen van je baby. Toch blijft het van belang te zorgen voor:
- een goede vering;
- een autostoeltje, babyhangmat of babyschaal;
- een aangepaste rijstijl;
- korte ritten.