Sint vieren met je kleintje: zo pak je het aan

Sinterklaas laten langskomen ook al is je kindje nog te klein om de magie volledig te begrijpen? ‘Dat mag zeker’, zegt pedagoge Marijke Bisschop. ‘Het is en blijft een mooie traditie binnen het gezin.’ En ze gooide een aantal tips in onze schoen over hoe je dat aanpakt.

Het verlanglijstje, de schoen zetten, de spanning op 5 december, de stralende gezichtjes de volgende ochtend ... De Sinterklaasperiode is magisch. Vanaf de kleuterleeftijd gaan kinderen helemaal op in het verhaal. Maar ook met je baby of peuter kun je er een fijne tijd van maken.  

1. Luister samen naar ‘Zie ginds komt de stoomboot’ 

‘Focus vooral op de sfeer die bij de Sinterklaasperiode hoort, minder op de cadeautjes die hij brengt’, adviseert Bisschop. ‘Het kan leuk zijn om samen naar Sinterklaasliedjes te luisteren. Of een tekening of knutselwerk te maken. Zeker vanaf 2 jaar kunnen peuters al iets kleuren, scheuren of knippen om aan de Sint te geven.’ 

2. Beperk de bezoekjes aan de Sint 

In aanloop naar 6 december verschijnen de goedheiligman en zijn vele hulpsinten op plekken zoals supermarken en speelgoedwinkels. Die allemaal afschuimen is zeker niet nodig. ‘Hou er rekening mee dat de Sint voor jonge kinderen soms eng lijkt. Sommige hulpsinten zijn ook niet zo overtuigend verkleed. Verplicht je kleintje daarom ook niet hem een handje te geven of op zijn schoot te zitten.’ 

3. Doe het volgens de regels van de kunst

‘Bij hele jonge kinderen mag je zeker al een schoentje zetten. Dat hoort bij het feest. Leg er ook een wortel bij en een bakje water voor het paard. Maak daar een momentje van, eventueel met wat Sintliedjes. Zo benadruk je de sfeer.’ 
‘Ook al is je kindje nog heel klein, toch snapt het al snel het idee van het schoentje. Als er ’s morgens iets in de schoen zit dat er normaal niet in hoort, zoals een cadeautje of wat speculaas, geniet je zelf ook van die blije reactie.’ 

4. Overdrijf niet met cadeaus (en snoep)      

‘Sinterklaas is tegenwoordig een commercieel feest, en dat is jammer. De druk om veel en duur speelgoed te geven is groot, maar daar gaat het niet om. Het is de verrassing die telt. ’s Morgens op je pantoffels naar beneden sluipen en ontdekken wat er in de schoen zit. En dat mag gerust iets klein zijn. Ook dat gaat je kind waarderen.’ 
‘Hetzelfde met snoep. Speculaas, chocolade, marsepein … het hoort bij het Sinterklaasfeest, maar elke ouder weet dat snoepen niet gezond is. Het kan, maar met mate. Een berg aan chocolade en suikergoed is echt niet nodig.’ 

5. Maak je vooral geen zorgen over de Sinterklaasleugen.  

Je kind vertellen dat een eeuwenoude man met een paard over de daken stapt, voelt voor sommige ouders als liegen. Bisschop nuanceert. ‘Het geeft kinderen de kans om zich te verliezen in hun fantasie. Laat ze dat vooral doen en luister naar wat ze dan te vertellen hebben. Zo kom je tot de mooiste verhalen.’ 
‘Als je het geluk ziet in de ogen van kinderen die bijvoorbeeld op school op de Sint staan te wachten, die magie wil je hen toch niet ontnemen? Het is niet liegen. Hooguit een beetje voor de gek houden. Daarom zijn kinderen ook nooit boos als ze de waarheid ontdekken. Ze zeggen niet: ‘Je hebt me bedrogen’, maar ‘Ik weet het’. En dan worden ze onderdeel van het complot als er jongere broertjes of zusjes zijn, wat ook heel leuk is.’