Onderschat nooit je eigen kracht

Sporten is goed voor lichaam en geest. Dat weten we ondertussen allemaal. Maar het kan ook gewoon leuk zijn. Vraag maar aan Binda Lukeni (47) uit Brugge. ‘Gaan boksen is echt mijn momentje’, getuigt ze.

Tekst: Ina Herman

Beeld: Violet Brock

Leestijd: 2 minuten

02/03/2023

Inplannen

Vier kinderen grootbrengen vraagt heel wat planning, zeker in combinatie met een job als verzorgende. Elke maand wijzigt haar werkschema en er is regelmatig avond- en weekendwerk. ‘Gelukkig heeft mijn man een nine-to-fivejob en worden de kinderen groter en zelfstandiger.’

‘Onze kinderen komen op de eerste plaats, dus offer ik met plezier mijn eigen plannen op voor hen. Maar het boksen overslaan? Dat probeer ik echt te vermijden!’

Een mannensport?

‘Mensen kijken af en toe vreemd op als ik vertel over mijn hobby. Ze vragen me dan of ik al met letsels op het werk verscheen. Maar het is helemaal niet de bedoeling elkaar pijn te doen in de boksring. De techniek en het sportieve aspect staan centraal. De boksbewegingen doen we individueel in de lucht of tegen stootkussens. In de ring nemen we het enkel tegen elkaar op onder begeleiding van de coach. Maar vergis je niet, het is zeer intensief, zelfs de opwarming.’

Dat er minder vrouwen in onze groep zijn, begrijpt Binda ergens wel. De sport kampt met een imagoprobleem. ‘Maar ik vind dit zeker geen mannensport. Trouwens, wie zegt dat wij het zwakke geslacht zijn?’ lacht ze.

‘Daarom pak ik sinds vorig jaar mijn dochter van vijftien jaar ook mee naar de trainingen. Zo ondervindt zij het zelf: niets is onmogelijk omdat je vrouw bent.’

Mentaal welzijn

Binda begon met sporten om in vorm te geraken. Dankzij het boksen ging haar conditie pijlsnel de lucht in en ze ontwikkelde meer spierkracht. Maar na enkele weken, merkte ze dat ze ook beter in haar vel zat. ‘Zo even alles uit je lijf slaan, doet ongelofelijk veel deugd’, ondervindt ze.

‘Als ik na een training thuiskom, is mijn hoofd leeg en kan ik er weer helemaal tegen. Met alle geduld de schoolagenda’s en het huiswerk overlopen, de jongste in bad steken en een lekkere maaltijd op tafel toveren. Het lijkt plots allemaal kinderspel.’