Pesten: tips om je kind te ondersteunen

Het is de schrik van elke ouder dat hun kind wordt gepest. Kan je dat voorkomen? En als het toch gebeurt, hoe reageer je best om je kind te ondersteunen? Sabine Coppens, coördinator Vlaams Netwerk Kies Kleur tegen Pesten, geeft uitleg en tips. ‘Blijf kalm en betrek je kind erbij.’

Tekst: Elien Steen

Leestijd: 4 min

01/02/2024

1 op 5 kinderen en jongeren wordt gepest

Sabine Coppens: ‘Recent onderzoek toont aan dat steeds meer kinderen en jongeren te maken krijgen met pesten. 1 op de 5 Vlaamse kinderen en jongeren zegt dat ze in de afgelopen maanden gepest zijn. Het is verontrustend dat zelfs bijna 1 op de 3 van de 11- en 12-jarigen aangeeft het slachtoffer te zijn geweest, het hoogste percentage tot nu toe. Het online pesten groeit en we zien ook dat het online pestgedrag langer aanhoudt, zelfs tot het zesde middelbaar .’

Plagen is liefde vragen

Plagen en pesten lijken op het eerste gezicht op elkaar, maar er is een belangrijk verschil. ‘Plagen is speels en vriendelijk, gebaseerd op wederzijds plezier. Zoals het spreekwoord zegt: plagen is liefde vragen. Het gebeurt af en toe en heeft een positieve invloed op de relatie tussen mensen. Pesten is herhaaldelijk en gericht op dezelfde persoon, met de bedoeling te kwetsen. Er ontstaat ook een duidelijk onevenwicht in macht. De persoon die pest, plaatst zich boven de ander, waardoor degene die gepest wordt zich alleen en machteloos voelt.’

Voorkomen dat je kind gepest wordt

Geen enkele ouder wil dat hun kind gepest wordt. ‘Om pesten te voorkomen, kan je een veilige thuisomgeving creëren en een sterke vertrouwensband opbouwen. Praat openlijk met je kinderen en laat hen weten dat je er altijd voor hen bent’, geeft Sabine als advies. 

‘Geef ook mee dat er altijd iemand anders is om naar hen te luisteren als ze het moeilijk bij jou kunnen uiten. Uit onderzoek weten we dat 1 op de 4 jongeren die gepest wordt daar met niemand over praat, uit angst dat het erger zal worden. Als ouder ken je je kind het beste. Let op signalen en gedragsveranderingen zoals stilte, terugtrekken, buikpijn, kapotte kleren of plotse weerstand om naar school te gaan. Vraag dan wat er aan de hand is en of ze gepest worden. Als je merkt dat er iets mis is en je kind het niet met jou wil delen, kan je vrijblijvend verwijzen naar Awel, CLBchat, het Jac …’

‘Stimuleer ook van jongs af aan een weerbare houding bij je kind. Leer ze bijvoorbeeld om nee te zeggen, oefen om met een duidelijke stem te spreken en een zelfverzekerde lichaamshouding aan te nemen. Zo kan je kind grenzen stellen en zeggen stop, dit is niet oké voor mij’, geeft Sabine als voorbeeld.

En wat als het toch zover komt?

De impact van pesten op de persoon die gepest wordt, is heel groot. Die voelt zich vaak alleen en denkt misschien dat het hun schuld is. Het is belangrijk om te onthouden dat het nooit de schuld is van jou of je kind. 

Als het toch zo ver komt, kun je op allesoverpesten.be een wegwijzer voor ouders vinden om pesten aan te pakken. Kort samengevat:

  • Blijf kalm en luister naar het verhaal van je kind. Stel vragen over wat er is gebeurd en hoe het zich voelt. 
  • Vertel je kind dat pesten, zowel online als offline, onaanvaardbaar is en dat het er zeker niet alleen voor staat. Bedank je kind ook voor het delen van het probleem. 
  • Werk samen met je kind een plan uit op basis van wat het nodig heeft. Zorg ervoor dat je niets doet wat je kind niet weet. 
  • Neem contact op met een vertrouwenspersoon op school, in de sportclub of jeugdvereniging. Sommige scholen hebben ook een laagdrempelig anoniem meldpunt op het online schoolplatform. 

Heb je al deze stappen doorlopen en heb je meer hulp nodig? Dan kan je terecht bij een aanspreekpersoon integriteit (API) van de sport- of jeugdvereniging of het schoolbestuur. Als dit niet lukt, kan je advies vragen bij het kinderrechtencommissariaat. 

Samenwerken om pesten te stoppen

‘Het Netwerk Kies Kleur tegen Pesten ijvert ook voor een verplicht beleid tegen pesten in scholen en organisaties. Het is belangrijk om niet alleen pestgedrag aan te pakken wanneer het zich voordoet, maar ook te werken aan een cultuur van openheid, communicatie en positieve relaties.’ Sabine benadrukt dat het al vanaf het begin van het school-, sport- of jeugdbewegingsjaar belangrijk is om te werken aan een goede groepssfeer en verbinding. Uit onderzoek blijkt dat dit het aantal slachtoffers met meer dan de helft kan verminderen.