'Met rouw ben je 24 uur op 24 bezig, ook op je werk'
Het leven zorgt ervoor dat je niet altijd zorgeloos op het werk kunt verschijnen. Welk rugzakje neem jij mee naar je werk? En je collega’s? Wij duiken in de rugzak van Maggy Schabregs (50) die net als zorgkundige is gestart. De inhoud is stevig: haar moeder is pas gestorven. Is er ruimte voor haar verdriet op de werkvloer? Elke Velle, arbeidspsychologe bij IDEWE, leest mee.
Maggy: ‘Ik ben 1,5 jaar geleden gestart met een herscholing tot zorgkundige. De voorbije jaren heb ik mijn energie verdeeld tussen mijn studies en de zorg voor mijn ma. Dat was niet gemakkelijk. Vlak voor ik mijn stage kon afronden, stierf mijn lieve ma.’
‘Enkele weken voor haar dood kreeg ik een contract aangeboden in het woonzorgcentrum waar ik stage liep. Mijn ma heeft dus nog geweten dat ik na mijn stage werk zou hebben en daar ben ik blij om. Dat betekende wel dat ik kort na haar dood mijn uitgestelde stage-uren moest afwerken en ook mijn eindwerk nog moest verdedigen. Want zonder diploma geen job. Eerlijk? Ik wou alles stopzetten. Geloof me, mijn hoofd stond er echt niet naar.’
Professioneel én menselijk
‘Mijn opleidingscoördinator was lief en zei dat ik mezelf niet voorbij moest lopen en mijn stage kon afwerken als ik er zelf klaar voor was. Maar er was dat jobaanbod, wat eigenlijk een luxe was. Mijn man, mijn beste vriendin en mijn nichtje hebben me gemotiveerd: zou je niet doorzetten, je hebt het nu bijna in handen. Dus dat heb ik gedaan. Van alle kanten moedigden mensen mij aan dat het knap was dat ik het heb klaargespeeld. Zelfs mijn opvolgster van de VDAB, waar ik maar twee keer mee heb gesproken, stuurde me een mailtje. Zoiets doet deugd.'
‘De directrice van het woonzorgcentrum was na het overlijden professioneel én menselijk tegelijk. Dat apprecieerde ik. Er was ruimte voor een troostend woord en om de startdatum uit te stellen, maar ze moest ook zakelijk zijn en een nieuwe datum voorstellen. Twee weken later. Wat ik heel goed snap, de functie moest dringend ingevuld.’
‘Openheid heeft mij gered. Zowel tijdens mijn studies, mijn stage als nu op mijn nieuwe werk. Tijdens de lessen had ik al tegen de leerkrachten gezegd dat ik enig kind ben en mantelzorger voor mijn ma. En dat het kon zijn dat ik het soms moeilijk zou hebben. Voor mij was dat een vanzelfsprekendheid om te zeggen. Ik moest wel, anders had ik het gevoel dat ik die studies niet kon waarmaken. De zorg voor een ouder heeft gewoon een grote impact op je leven.’
‘En dan een nieuwe job starten midden in zo’n groot verdriet. Je voelt je sowieso al onzeker als je ergens nieuw start. En dan daar nog eens die rauwe rouw bij … Ik ben tegen de collega’s nu ook heel eerlijk als iets me raakt tijdens het werk. Ze stellen me dan gerust dat dat heel normaal en oké is, dat ik nog volop in de rouwperiode zit. Het is zo belangrijk dat je gevoelens er ook in je job mogen zijn en dat je daar erkenning voor krijgt. Natuurlijk moet je niet heel je privésituatie meenemen naar het werk.’
Arbeidspychologe Elke leest mee ...
Elke: ‘De impact van het verlies van een dierbare is groot en de rouw die daarop volgt is niet te vatten in procedures. Als iemand een dierbare moet missen, verdwijnt het werk vaak naar de achtergrond. De structuur en het belang van het werk komen plots in een ander daglicht te staan, er volgt vaak een herordening van prioriteiten. Zingevingsvragen en het gevoel van niet weten waar je heen moet of hoe je verder moet, komen om de hoek kijken.’
‘Hoe je op de werkvloer kan omgaan met iemand die geconfronteerd wordt met een zwaar verlies, is iets wat je best bespreekbaar maakt. Schroom en aarzeling over hoe je dat aanpakt, zijn niet verkeerd. De enige foute keuze die je als werknemer of collega kunt maken, is doen alsof het verlies niet gebeurd is. Want dan wordt het alleen maar een olifant in de kamer.’
‘De manier en het gemak waarmee we met moeilijke situaties, zoals rouw, op de werkvloer omgaan, wordt voor een groot deel bepaald door de cultuur die in de organisatie of het team heerst. Een open dialoog zoals op het werk van Maggy maakt de situatie makkelijker en beter bespreekbaar. Waarderend leiderschap is daarbij ook helpend. Een mensgerichte manager geeft de medewerker erkenning en ruimte om ook op de werkplek te rouwen. Uiting kunnen geven aan verdriet is essentieel voor verwerking.’
Openheid heeft mij gered. Zowel tijdens mijn studies, mijn stage als nu op mijn werk
Maggy Schabregs
Ik zoek houvast in simpele dingen, zoals een maaltijdbox aan huis
Maggy Schabregs
Een enorme berg, stap voor stap
Maggy: ‘Tijdens mijn job kom ik in contact met oude mensen met een zorgbehoefte. Mijn ma was tachtig en had al enkele jaren zorg nodig. Er zijn vaak momenten dat ik tijdens mijn werk aan haar denk. Soms op een negatieve manier omdat ik machteloosheid ervaar als ik mensen zie afzien en het verdriet bij de familie zie. Soms ook op een positieve manier omdat ik een glimlach of knipoog van een oudere opvang. Gelukkig leert de tijd je ermee omgaan. Je moet altijd professioneel blijven bij de ouderen en denken: straks zal ik wel huilen.’
‘Op dit moment ervaar ik nog onrust omdat ik veel persoonlijke administratie rond de job en paperassen rond het overlijden moet afhandelen. VDAB, de Hulpkas, CM, papieren rond successierechten … Dat komt in een periode op je af dat je eigenlijk rust nodig hebt. Ook mijn pa is onlangs een week opgenomen in het ziekenhuis. Het hakt er toch allemaal extra in. Op de vraag wie de contactpersoon is, is het altijd mijn nummer dat ik moet geven. Dat weegt in mijn persoonlijke rugzak.’
‘Met rouwverwerking ben je 24 uur op 24 bezig, je neemt dat ook mee naar je werk dus. Of je dat nu wilt of niet. Hoe die rouw zich uit, is bij iedereen anders en heel persoonlijk. Voor mij is het een constante in alles. Het is niet iets wat ik zomaar aan de kant kan schuiven.’
‘Ik zoek houvast in simpele dingen, zoals een maaltijdbox aan huis. Dat klinkt stom, maar dan moet je niet meer nadenken over wat je kookt, maar gewoon koken. Wat ook helpt, is dat ik tegen mezelf zeg dat dit gevoel tijdelijk is. Het voelt alsof ik voor een enorme berg sta waar ik overheen moet. Mijn man zei me dat hoe dichter ik bij de bergtop kom, hoe makkelijker het wordt. En dat is waar. Elke stap die je zet, is een stap. Daar troost ik me mee. Want de berg kan ik toch niet ontwijken, dat is een zekerheid.’
Arbeidspychologe Elke leest mee ...
Elke: ‘Maggy geeft aan dat de tijd haar helpt om te leren omgaan met confronterende situaties op de werkvloer. Daarin heeft ze gelijk. In het beste geval wordt het verdriet na verloop van tijd draagbaar en komt er opnieuw ruimte voor positieve ervaringen.’
‘Maar we mogen niet vergeten dat rouw geen tijd kent. Naar aanleiding van een verjaardag, herinnering of een andere betekenisvolle gebeurtenis – dingen die voor de buitenwereld misschien banaal lijken - kan het verdriet ook na lange tijd weer met volle kracht de kop opsteken. Ook op je werk kan er iets gebeuren dat je doet denken aan diegene die je mist. Delen met je leidinggevende of collega wat je trigger was, kan op zo’n moment helpen om moeilijke momenten te overbruggen. We moeten goed beseffen dat rouwen een zware fysieke en psychische arbeid is en dus veel van een mens kan vragen.’
‘Ook in de volgende fase van het verwerkingsproces is het cruciaal dat je als leidinggevende of collega zelf initiatief neemt om te checken hoe het gaat. Zeg niet: Bel gerust wanneer je mij nodig hebt, bel zelf de persoon in kwestie op. Iemand die het moeilijk heeft, heeft vaak zelf de energie daar niet voor. Hou geregeld de vinger aan de pols. Nazorg, steun en opvolging zijn belangrijk.’